Take a photo of a barcode or cover
Genial a Nothomb, comme d'habitude, a juntar o estranho, o amor, o inesperado, o perverso e o ligeiramente inexplicável.
À mestre: dá-nos um final, seguido de uma "nota da autora" explicando que teve de escrever outro e não conseguiu escolher. O segundo é mais perverso, e certamente o preferido da maioria. Genial.
À mestre: dá-nos um final, seguido de uma "nota da autora" explicando que teve de escrever outro e não conseguiu escolher. O segundo é mais perverso, e certamente o preferido da maioria. Genial.
Thoughts:
1- The novel is written in the form of dialogues which made it extremly fast based.
2- The plot isn't interesting. Except for the endings, it's your typical beauty and the beast story.
3- Yes, Ending(s). Nothomb wrote down two endings to this novel.
4- I prefer the second ending because it supports my core belief that every human -no matter how good they may appear - will eventually become a piece of shit.
5- Everyone in this story is willing to volunterally spill their deepest secrets and motives once they find someone who is willing to listen. Ehm, Same.
6-"The best way to keep a prisoner from escaping is to make sure he never knows he's in prison."
7- when he eventually knows he is in prison, it'll be too late for him to even consider it "a prison". He'll consider it his current life, the only thing he knows.
1- The novel is written in the form of dialogues which made it extremly fast based.
2- The plot isn't interesting. Except for the endings, it's your typical beauty and the beast story.
3- Yes, Ending(s). Nothomb wrote down two endings to this novel.
4- I prefer the second ending because it supports my core belief that every human -no matter how good they may appear - will eventually become a piece of shit.
5- Everyone in this story is willing to volunterally spill their deepest secrets and motives once they find someone who is willing to listen. Ehm, Same.
6-"The best way to keep a prisoner from escaping is to make sure he never knows he's in prison."
7- when he eventually knows he is in prison, it'll be too late for him to even consider it "a prison". He'll consider it his current life, the only thing he knows.
challenging
dark
fast-paced
Plot or Character Driven:
Character
Strong character development:
Complicated
Loveable characters:
Complicated
Diverse cast of characters:
Yes
Flaws of characters a main focus:
Yes
In 'Mercure' stelt Nothomb extreme vormen van toxische mannelijkheid aan de kaak. Specifieker schrijft ze over mannen die vrouwen zien als hun rechtmatige bezit, zonder eigen verlangens en gevoelens en met als voornaamste bestaansreden de wensen van hun man te vervullen aan wie ze zo veel te danken zouden hebben.
De onwaarschijnlijkheid van het verhaal neemt soapachtige proporties aan, maar dat lijkt een bewuste keuze om de absurditeit te benadrukken van de criminele visie op vrouwen. Bovendien blijft door de zorgwekkende tradwife- en incelcultuur 'Mercure' ook 26 jaar na uitgave nog schandalig actueel.
De onwaarschijnlijkheid van het verhaal neemt soapachtige proporties aan, maar dat lijkt een bewuste keuze om de absurditeit te benadrukken van de criminele visie op vrouwen. Bovendien blijft door de zorgwekkende tradwife- en incelcultuur 'Mercure' ook 26 jaar na uitgave nog schandalig actueel.
Wegens een aantal weken verlof en het daar zeer snel op aansluitende overstappen naar een andere werkgever ben ik een viertal weken niet aan het schrijven van een boekbespreking toegekomen. Iets waarvan ú als lezer niet meteen wat dan ook ondervindt – ik had immers nog voor een tweetal maanden reeds geschreven boekbesprekingen in voorraad -, maar wat mij wel met een stroef gevoel in de ganzenveer (of in het klavier, maar dat klinkt helemáál niet) laat worstelen. Iets waarvan de lezers van Amélie Nothomb zich toch ook af en toe moeten afvragen of zij er nooit last van heeft.
Laat ons immers wel wezen: Nothomb is intussen achtenvijftig jaar oud (iets meer dan zes jaar ouder dan ondergetekende), maar was vorig jaar (in 2023 dus) met Psychopompos (Psychopompe in de oorspronkelijke, Franse versie) ook al aan haar achtendertigste boek toe. Geen dikke dingen allemaal (standaard telt een boek van haar zo’n honderdzeventig bladzijden), maar sinds het jaar (1992) waarin haar eersteling, Hygiène de l’assassin, drie jaar later uitgebracht onder de Nederlandse titel Hygiëne van de moordenaar, verscheen, heeft ze ook geen enkel jaar verstek laten gaan wat het aan de wereld toevertrouwen van weer een nieuw boek betrof. Een tempo dat uiteraard, ook qua aantal bladzijden, in Vlaanderen nog ruim overtroffen wordt door, pakweg, Herman Brusselmans, met dat verschil dat ik nog geen enkel van haar door mij gelezen boeken als bagger heb moeten afserveren (iets wat mij bij Brusselmans met zo ongeveer élk van zijn boeken sinds Zijn er kanalen in Aalst?, daterend van inmiddels zevenendertig jaar geleden, helaas wél gebeurd is).
Niet als bagger afgeserveerd en zelfs – weerom, net zoals met De hongerheldin (https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2020/12/de-hongerheldin-amelie-nothomb.html), Zwavelzuur (https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2022/08/zwavelzuur-amelie-nothomb.html), Met angst en beven (https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2022/12/met-angst-en-beven-amelie-nothomb.html), en Peplos (https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2024/04/peplos-amelie-nothomb-boekbespreking.html) het geval was – aan te duiden als ergens zeer dicht in de buurt van schitterend. Niet gewoonweg ‘schitterend’ omdat er altijd wel kritiek te leveren valt en ik er de mens niet naar ben dat dan maar na te laten als er genoeg positieve dingen te vertellen zijn: een eulogie moet u van mij nooit verwachten en voor een elegie is Nothomb nog te zeer in leven. En toch: alleen al het feit dat Nothomb voor dit boek zowaar twéé eindes heeft geschreven, verdient enige lof, al was dat dan ook naar haar eigen zeggen, weergegeven in de Noot van de schrijfster die tussen die twee eindes in werd geplaatst, “niet de bedoeling”. Het ene einde is lichtjes sprookjesachtig – het loopt dan ook uit op een “happy ending” en het klassiek klinkende “Ze beleefden allebei nog een heleboel wederwaardigheden, maar zouden elkaar nooit verlaten” -, iets wat me minder in de lijn van Nothomb leek te liggen, maar desalniettemin niet voor een teleurstelling zou gezorgd hebben; het andere einde is misschien óók wel sprookjesachtig, maar dan enkel als gothic novels (een genre waarnaar Nothomb ook verwijst als ze haar personages laat spreken over boeken en daarbij Carmilla - https://nl.wikipedia.org/wiki/Carmilla - van Sheridan le Fanu noemt) eveneens als sprookjes dienen beschouwd te worden. Dat laatste einde beviel me meer omdat het gewoon nóg een laag psychologie toevoegt aan een verhaal dat psychologisch al zeer gelaagd (én geslaagd) is. En omdat het eigenlijk de gehele aan dat einde voorafgaande tussenkomst van het hoofdpersonage, de verpleegster Françoise, tenietdoet, daarmee het verhaal vertelt zoals het had kunnen zijn als die tussenkomst er niet geweest was, dus in essentie niet alleen een ander einde, maar ook een geheel ander verhaal oplevert. Die veertien bladzijden extra betekenen dus ook een tweede boek (een naar mijn aanvoelen béter boek), een tweede boek dat evenwel minder uit de verf zou gekomen zijn als het éérste einde er niet was geweest. Ik ben dus bereid aan te nemen dat Nothomb niet van in het begin voorzien had twee eindes te publiceren, maar kan alleen maar toejuichen dat ze dat wel degelijk gedaan heeft.
Wat kan en wil ik u verder nog meegeven? Wel, dat de tussenkomst van de verpleegster plaatsvindt op een eiland voor de Franse kust, alwaar “een oude man en zijn pleegdochter” op een aantal zeer discrete personeelsleden na zich geheel alleen teruggetrokken hebben. Om een dubieuze reden waarin de “pleegdochter” gelooft en waarvan de “oude man” de bewijzen in stand houdt door die niet te laten zien. De “spiegel” in de titel De spiegel van Mercurius geeft u ook al mee welk instrument (of het ontbreken van welk instrument op het eiland) daarin een hoofdrol speelt, waarmee die Nederlandse titel verklarender is dan de Franse, die simpelweg Mercure luidt. Aan de andere kant: Mercurius heeft weinig met dit verhaal te maken (slechts in één passage wordt er naar hem verwezen), maar zijn Franstalige tegenhanger Mercure dan weer wel, en zelfs als er in de Nederlandse titel gekozen zou zijn voor de oude benaming voor Mercurius, ‘Merkuur’, zou voor de meeste Nederlandstalige lezers de frank/euro niet gevallen zijn: ‘mercurius’ is een alternatieve naam voor kwik en antieke spiegels bestonden doorgaans uit een laag glas bedekt met een laag kwik, waarbij het spiegelen gerealiseerd werd door het kwik. Nothombs vaste vertaalster Marijke Arijs heeft dus met de titel gezorgd voor zowel een verwijzing naar de originele titel als voor verstaanbaarheid voor de gemiddelde Nederlandstalige (een categorie waartoe ik ook mezelf reken), wat toch een goed begin is.
Maar voor de rest houd ik wat de inhoud van dit boek betreft de lippen op mekaar. Het vierenzestig keer lezen, zoals Hazel, de “pleegdochter”, gedaan heeft met De Kartuize van Parma (door de vertaalster – iedereen maakt fouten - verkeerdelijk De Chartreuse van Parma gedoopt), zou wellicht meer dan overdreven zijn, maar De spiegel van Mercurius verdient het absoluut gelezen te worden. En niet alleen door “bepaalde kringen van kunstliefhebbers, literaire critici of filosofen (zoals Nietzsche)” (https://nl.wikipedia.org/wiki/La_Chartreuse_de_Parme), kringen aan wie Marie-Henri Beyle (beter bekend als Stendhal) zijn boek opdroeg, maar door iedereen die een paar uurtjes tijd kan investeren in een, zelfs al ligt de psychologie er zeer dik op en komen er uitgebreide literaire discussies in voor, bijzonder vlot leesbaar boek. Zo vlot leesbaar dat er nauwelijks wat uit te citeren valt helaas, maar dit deel uit een scène waarin Françoise uit het kasteel op het eiland probeert te ontsnappen wil ik u toch niet onthouden: “Zoals in alle kamers van dit huis was er maar één raam, te hoog om erbij te kunnen. Françoise zette een stoel op de tafel, maar dat was nog veel te laag. Daarom gebruikte ze de boeken, zoals ze zich had voorgenomen. Ze pakte eerst de grootste en dikste, om een stabiele basis te krijgen: de verzamelde werken van Victor Hugo leenden zich daar uitstekend voor. Daarop kwamen compilaties van barokke poëzie, waarvoor ze Agrippa d’Aubigné dankbaar was. Na De Scudéry’s Clélie was Guy de Maupassant aan de beurt, zonder dat de bouwmeesteres besefte hoe ongerijmd deze combinatie was. De anachronistische trap werd verder opgebouwd uit de heilige Franciscus Salesius, Taine, Villon, madame de Staël en madame de La Fayette (met voldoening bedacht ze hoe prettig deze adellijke dames het zouden vinden om zich in elkaars gezelschap te bevinden), Portugese brieven, Honoré d’Urlé, Flaubert, Cervantes, Genji monogatari, Nerval, de Elisabethaanse verhalen van lady Amelia Northumb, Les provinciales van Pascale, Swift en Baudelaire – alles wat een ontwikkeld, gevoelig en romantisch meisje bij het begin van deze eeuw ingekeken moest hebben. Ze kwam net een tweetal boeken te kort om het raam te kunnen bereiken. Ze herinnerde zich dat De Chartreuse (sic) van Parma en Carmilla nog in de la van de commode lagen. Toen was de boekentoren hoog genoeg.” Escapistische literatuur in z’n puurste vorm dus. Of De spiegel van Mercurius dat óók is, hangt echter niet af van het al dan niet omvallen van die boekentoren.
Björn Roose
emotional
mysterious
medium-paced
Plot or Character Driven:
A mix
Loveable characters:
Complicated
Un roman qui rappelle légèrement le premier de l’autrice, « Hygiène de l’assassin ». Une histoire d’amour borderline et unilatérale, avec une spectatrice qui comprend tout. Cela dit, le récit reste original dans son exécution et la présence de deux fins différentes ne m’a pas laissée de marbre. Un ouvrage somme toute agréable, peut-être pas le meilleur d’Amélie Nothomb, ni même mon préféré, mais les sujets traités restent très actuels, comme le phénomène de gaslighting des femmes. Cependant, j’ai trouvé que c’était traité superficiellement, ou un peu trop facilement.
Altro bel racconto della Nothomb. Ascoltato in audiolibro mentre viaggiavo in macchina mi ha davvero intrattenuto molto. Diciamo che non è il mio preferito tra i suoi letti, ma devo dire che siamo sempre ad alti livelli di scrittura. Carina l’idea del finale alternativo!