Take a photo of a barcode or cover
A review by ecdereus
De moordput by Mick Finlay
4.0
Ook dit deel kent weer 'sfeervolle' beschrijvingen van het armste deel van Londen halverwege de jaren '90 van de 19e eeuw:
"Het nieuwe jaar was net begonnen, de modder in de straten was stijf bevroren, roetvlokjes dreven als zwarte sneeuw in de mist. Rillende paarden sjokten voorbij, onwillig naar onherbergzame oorden voortgedreven door norse mannen met rode koppen. Schooiers loodsten deftige burgers door de menigte in de hoop op een aalmoes, terwijl oudjes zich vastgrepen aan muren en balustrades om niet uit te glijden over de glibberige straatstenen, zuchtend, mompelend en van bacillen vergeven fluimen ophoestend die ze met kracht in de bergen paardenmest spogen die op elke straathoek lagen opgetast."
Het verhaal speelt begin 1896, wanneer de privédetectives William Arrowood en diens assistent Norman Barnett van de heer en mevrouw Barclay de opdracht krijgen een ontmoeting te arrangeren met hun zes maanden eerder getrouwde dochter Birdie. Birdie is licht verstandelijk gehandicapt, gehuwd met de eveneens verstandelijk beperkte Walter Ockwell en zij wonen samen met Walters broer Godwin en diens vrouw Polly, hun ongehuwde zuster Rosanna en hun bedlegerige moeder op een voorheen welvarende maar sinds een aantal jaren a.g.v. financiële problemen verwaarloosde varkensboerderij net buiten Londen. Ondanks diverse bezoeken aan de boerderij hebben de Barclays hun dochter niet meer gezien of te spreken gekregen; brieven bleven onbeantwoord en bij monde van Rosanna werd hun medegedeeld dat Birdie haar ouders niet meer wenste te zien...
Arrowood en Barnett stuiten bij hun pogingen om Birdie te spreken te krijgen en tijdens hun verdere onderzoek op vele leugens, tegenwerking door de Ockwells, hun dorpsgenoten en de lokale politiebeambten, de raadselachtige verdwijning van een zigeunervrouw die hun een dag eerder interessante informatie had verstrekt, enkele zwaar mishandelde, in mensonterende en ten hemel schreiende omstandigheden levende arbeiders op de Ockwell-boerderij en uiteindelijk op een frauduleus complot waarvan patiënten van het zwakzinnigen- en krankzinnigengesticht de dupe werden.
Interessant was te lezen hoe in die tijd werd gedacht over mensen met het syndroom van Down en andere, al dan niet aangeboren geestelijke aandoeningen. De historische achtergrond en geraadpleegde bronnen worden door de auteur in een apart hoofdstuk aan het einde toegelicht.
"Het nieuwe jaar was net begonnen, de modder in de straten was stijf bevroren, roetvlokjes dreven als zwarte sneeuw in de mist. Rillende paarden sjokten voorbij, onwillig naar onherbergzame oorden voortgedreven door norse mannen met rode koppen. Schooiers loodsten deftige burgers door de menigte in de hoop op een aalmoes, terwijl oudjes zich vastgrepen aan muren en balustrades om niet uit te glijden over de glibberige straatstenen, zuchtend, mompelend en van bacillen vergeven fluimen ophoestend die ze met kracht in de bergen paardenmest spogen die op elke straathoek lagen opgetast."
Het verhaal speelt begin 1896, wanneer de privédetectives William Arrowood en diens assistent Norman Barnett van de heer en mevrouw Barclay de opdracht krijgen een ontmoeting te arrangeren met hun zes maanden eerder getrouwde dochter Birdie. Birdie is licht verstandelijk gehandicapt, gehuwd met de eveneens verstandelijk beperkte Walter Ockwell en zij wonen samen met Walters broer Godwin en diens vrouw Polly, hun ongehuwde zuster Rosanna en hun bedlegerige moeder op een voorheen welvarende maar sinds een aantal jaren a.g.v. financiële problemen verwaarloosde varkensboerderij net buiten Londen. Ondanks diverse bezoeken aan de boerderij hebben de Barclays hun dochter niet meer gezien of te spreken gekregen; brieven bleven onbeantwoord en bij monde van Rosanna werd hun medegedeeld dat Birdie haar ouders niet meer wenste te zien...
Arrowood en Barnett stuiten bij hun pogingen om Birdie te spreken te krijgen en tijdens hun verdere onderzoek op vele leugens, tegenwerking door de Ockwells, hun dorpsgenoten en de lokale politiebeambten, de raadselachtige verdwijning van een zigeunervrouw die hun een dag eerder interessante informatie had verstrekt, enkele zwaar mishandelde, in mensonterende en ten hemel schreiende omstandigheden levende arbeiders op de Ockwell-boerderij en uiteindelijk op een frauduleus complot waarvan patiënten van het zwakzinnigen- en krankzinnigengesticht de dupe werden.
Interessant was te lezen hoe in die tijd werd gedacht over mensen met het syndroom van Down en andere, al dan niet aangeboren geestelijke aandoeningen. De historische achtergrond en geraadpleegde bronnen worden door de auteur in een apart hoofdstuk aan het einde toegelicht.